Inmiddels hebben we ervaring opgedaan op de nieuwste generatie string-pinsetters. Zoals eerder gecommuniceeerd voldoen de AMF Edge string-pinsetters aan de normen van de USBC (United States Bowling Congress) en moeten de pinfall van een freefall pinsetter zo goed mogelijk benaderen. Als je het ons vraagt dan is dat zo. Bowlen op banen met string-pinsetters vraagt wel om duidelijkheid m.b.t. de regels.

Interpretatie
Voor de duidelijkheid: De regels hoeven niet aangepast te worden. Bowlen op banen met string-pinsetters vraagt echter wel een andere interpretatie van het beoordelen van de pinfall.

Wat een belangrijk aandachtspunt is: De pinfall op freefall machines moet niet vergeleken worden met string-pinsetters. Die technologie kan wel degelijk andere pinfall tot gevolg hebben. Dat betekent echter niet dat het niet volgens de regels is. Het is anders.

Gewenning
De meeste bowlers zijn gewend aan freefall machines en daarmee hoe bowlingpins reageren wanneer er een bal wordt gegooid. Vergelijken we dat met het bowlen op banen met string-pinsetters, dan komt dat aardig overeen, maar doordat de pins vastzitten aan “strings” zal het maken van een spare bij bepaalde pincombinaties en splits een ander resultaat opleveren dan men gewend is. Dit is de realiteit van pins die vastzitten aan strings.

Alle spelers zullen af en toe dezelfde voor- en nadelen ervaren doordat pins door de strings iets anders reageren, maar er mogen geen scorecorrecties plaatsvinden voor pinfall dat door de eigenschappen van string-pinsetters ontstaat.

Wanneer mogen/moeten er wel scorecorrecties plaatsvinden?
Freefall machines gebruiken meestal camera's om pinfall te detecteren. Hoewel zeer betrouwbaar, zijn er toch momenten waarop een scorecorrectie nodig is. Bowlers zijn dit gewend. String-pinsetters maken daarentegen gebruik van sensoren die aan elke string zijn bevestigd. Deze sensoren melden de machine hoeveel een string is uitgerekt en bepalen zo of een bowlingpin is gevallen. Ook dit systeem werkt goed, maar er kunnen zich natuurlijk situaties voordoen waarbij een sensor iets niet goed kan registreren. Hoewel dit sporadisch voorkomt kunnen onderstaande situaties scorecorrecties vereisen:

  1. De hoekpin,(pin 7 of 10) schuift in de goot, blijft staan of leunen tegen de zgn. kickback.
    Doordat er maar weinig string verplaatst registreert de machine een staande pin maar eigenlijk had er een gevallen pin moeten worden genoteerd. Deze situatie kan zich echter ook voordoen bij freefall machines.
  2. Een pin glijdt over het pindeck en blijft staan. maar wordt genoteerd als omgevallen.
    Dit kan gebeuren als er tijdens de glijbeweging voldoende lengte aan de string wordt getrokken om de machine te laten denken dat de pin is gevallen.
  3. Een pin blijft stevig staan, maar de machine noteert een omgevallen pin.
    Dit kan voorkomen als de string van een “vliegende pin” de string op een andere pin raakt en de machine denkt dat ook de geraakte pin is omgevallen. Het gevolg is dat er een strike wordt genoteerd ondanks dat er een pin duidelijk waarneembaar bleef staan.
  4. Er wordt een strike gegooid maar de machine zet een pin terug en noteert 9 pins.
    Wanneer het voor beide teams duidelijk is dat er iets fout is gegaan mag de score worden gecorrigeerd en de machine worden klaargezet voor de volgende speler.

Tot wanneer mag er pinfall worden geteld?
Bij freefall machines is duidelijk waarneembaar wanneer de scoringscyclus is beëindigd en er geen pins meer mogen worden geteld. Dit is namelijk wanneer de machine de bowlingpins oppakt voor de 2e worp. Bij string-pinsetters is er geen tafel die naar beneden komt, maar worden de bowlingpins, onzichtbaar door een dalend schild, omhoog getrokken voor de volgend worp. De scoringscyclus bij een string-pinsetter is voorbij zodra het schild begint te dalen. Elke pinfall die optreedt nadat het schild daalt mag dus niet meer worden geteld.